Beenmergpunctie

• Meld je op het afgesproken tijdstip aan. 
• Eenmaal op de kamer, gebeuren nog een aantal zaken:
  • De verpleegkundige neemt een anamnese af:
    • Heb je last van allergieën?
    • Welke thuismedicatie neem je?
    • Had je al vroegere operaties?
    • ...
• De verpleegkundige neemt eerst bloed af.
• Je krijgt een infuus in een ader in de arm. Via dit infuus krijg je medicatie waarvan je slaperig kan worden.

• Voor het onderzoek moet je op je linkerzij liggen.
• De arts ontsmet de punctieplaats. Dit voelt koud aan.
• De arts verdooft de huid met een injectie. Dit kan branderig aanvoelen.
• Is de verdoving ingewerkt? Dan prikt de arts de beenmergholte door met een punctienaald in het bot van de bekkenkam te prikken.
• Via deze speciale, holle naald zuigt de arts een kleine hoeveelheid beenmergcellen op met een spuit. Dit duurt slechts enkele seconden maar kan een pijnlijke uitstraling geven naar het been.
• Meestal neemt de arts ook een stukje botweefsel weg. Dit gebeurt met dezelfde naald en kan pijnlijk zijn.
• In sommige gevallen doet de arts ook een botbiopsie. Hierbij neemt de arts een klein pijpje bot weg uit het heupbot. 
• Het totale onderzoek duurt 15 à 20 minuten.

De overgrote meerderheid van de patiënten heeft na het onderzoek geen last. Nevenwerkingen die soms voorkomen:

• Pijn op de plaats van de punctie enkele dagen na het onderzoek. Gebruik paracetamol (Dafalgan®, Perdolan® ...) bij pijnklachten. Gebruik geen NSAID's (Voltaren®, Brufen® ...).
• Bloeduitstorting op de plaats van de punctie
• Uitstralende pijn in het rechterbeen: soms door inwendige bloedstorting en druk op zenuwen en spieren. Komt dit voor? Dan is dat meestal nog voor je het ziekenhuis verlaat.
• Af en toe kan er wat langer last zijn. Bespreek dat met je huisarts of hematoloog.