Oorzaken en risicofactoren
- Leeftijd
- Het aantal mensen met osteoporose stijgt met de leeftijd. Tijdens de jeugd wordt het skelet alsmaar sterker. De botdichtheid bereikt een piek rond 30-35 jaar. Vanaf dan wordt er meer botweefsel afgebroken dan aangemaakt waardoor de botdichtheid erop achteruit gaat. Tegelijk verandert ook de structuur van het bot, waardoor het geleidelijk zwakker wordt.
- Geslacht
- Bij vrouwen gaat de botkwaliteit vanaf de menopauze in versneld tempo achteruit als gevolg van hormonale veranderingen. Vrouwen krijgen daarom vaker dan mannen te maken met osteoporose. Mannen ontwikkelen osteoporose meestal op latere leeftijd.
- Te weinig calcium in de voeding
- Tekort aan vitamine D
- Te weinig lichaamsbeweging
- Roken
- Overmatig alcoholgebruik
- Langdurig gebruik van bepaalde geneesmiddelen, bv. corticosteroïden
- Bepaalde aandoeningen kunnen osteoporose in de hand werken, bv. hyperthyroïdie (overactieve schildklier), diabetes mellitus (suikerziekte), reumatoïde artritis ... We spreken dan van secundaire osteoporose.
- Erfelijke factoren: familiale voorgeschiedenis van bv. heupfracturen
Gevolgen
De geleidelijke verzwakking van het bot wordt een probleem wanneer de botsterkte zo fel afneemt dat de kans op breuken sterk toeneemt. Het aantal mensen met osteoporose stijgt met de leeftijd. Bovendien stijgt ook het valrisico met de leeftijd. Eén op drie 65-plussers valt minstens een keer per jaar. Hierdoor neemt de kans op breuken toe:
- Vooral breuken van de pols en heup zijn doorgaans het gevolg van een val.
- Wervelbreuken kunnen ook bij normale activiteiten ontstaan (heffen van een krat, dragen van een zware boodschappentas…) en soms zelfs spontaan.
- Wervelverzakkingen kunnen afname van lichaamslengte, gebogen houding en chronische pijnen veroorzaken.
Behandelingen
- Bewegen: regelmatige lichaamsbeweging bevordert de aanmaak van botweefsel, versterkt de spieren en verbetert het reactievermogen. Dat verkleint de kans op vallen en op breuken.
- Blootstelling aan zonlicht: onder invloed van de zon maakt onze huid zelf vitamine D aan. Vitamine D helpt bij de opname van het calcium uit de voeding en draagt tevens bij tot gezonde spieren, wat de kans op vallen en dus breuken kan reduceren. Er wordt aanbevolen om dagelijks zeker een kwartier tot een half uur in openlucht te zijn met minstens het gezicht en de handen onbedekt.
- Gezond eten: zorg voor een gezonde, gevarieerde, evenwichtige voeding. Het is belangrijk om voldoende calcium in te nemen via de voeding. Dat kan het makkelijkst via het gebruik van zuivelproducten (melk, karnemelk, yoghurt, kaas ...). Concreet: de calciumbehoefte wordt gedekt bij een dagelijkse inname van 3 à 4 melkproducten. Het is ook aan te raden om inname van zout, alcohol en cafeïne te beperken. Door deze stoffen verliest het lichaam namelijk extra calcium via de urine. Daarnaast is het ook belangrijk om vitamine D op te nemen via de voeding. Vitamine D komt onder andere voor in vette vissoorten, eierdooiers en smeer- en bereidingsvetten.
- Alcoholgebruik beperken
- Niet roken
- Voorkom vallen: eenvoudige maatregelen kunnen de omgevingsveiligheid vergroten zoals voldoende verlichting, veilige beweegruimte (losse tapijten verwijderen), dingen die regelmatig gebruikt worden binnen handbereik plaatsen, veilige trapladder gebruiken, het dragen van vast en stevig schoeisel, het bewegen op eigen tempo (zelfs als de telefoon gaat). Let extra op bij gebruik van kalmeer- en/of slaapmedicatie. Problemen met het zicht kunnen eveneens de kans op vallen verhogen.
- Soms supplementen: bij een te lage opname van calcium en vitamine D, kan een bijkomend supplement noodzakelijk zijn
- Soms specifieke medicatie: bij patiënten met aangetoonde osteoporose of een voorgeschiedenis van een fractuur t.h.v. de wervelzuil of heup, kan de arts een medicamenteuze osteoporose behandeling voorschrijven
De fractuurpreventiekliniek staat in voor de begeleiding van patiënten met osteoporose.
Lees meer over onze aanpak