Rotator cuff hechting

Dag voor de ingreep

De dag voor je opname word je opgebeld tussen 10 en 16u (op vrijdag voor een ingreep op maandag). We geven dan aan je door wanneer je je moet aanmelden aan de centrale inschrijvingsbalie.

Kreeg je geen bericht? Neem dan na 16u contact op met het operatiekwartier: t. 056 63 51 50.

Dag van de opname

De dag van de opname moet je nuchter zijn. Dat wil zeggen dat je niet meer mag eten, drinken en roken vanaf middernacht. Indien je niet nuchter bent, wordt de operatie verplaatst naar een latere datum wegens mogelijke complicaties bij de verdoving.

Medicatie

Je neemt enkel de ochtend van de opname je thuismedicatie met alleen een klein beetje water. Je geeft je medicatie wel door aan de verpleegkundige die verantwoordelijk is voor je opname.

Bloedverdunners Aspirine® en Asaflow® moet je in tegenstelling tot vroeger niet altijd meer stoppen. Verwittig de verpleegkundige indien je Aspirine® of dergelijke neemt zonder het medeweten van de behandelde geneesheer.

Verdoving

Je krijgt van de anesthesist een lichte volledige verdoving en een pijnloze plaatselijke of regionale verdoving van de schouder via een prik in de hals. Dit zorgt ervoor dat je weinig pijn voelt wanneer je wakker wordt.

Operatie

• De operatie zelf is een kijkoperatie. Bij een kijkoperatie gebeurt de ingreep via drie tot vier kleine openingen rondom de schouder. 
• De positie waarin je ligt tijdens de operatie is ofwel in een zijlig of een zittende positie.
• De scheur wordt hersteld door middel van ankers die de pees zoals een knoop aan een hemd vastmaken op hun oorspronkelijke aanhechtingsplaats. 
• Voor het vastmaken wordt deze beenderige plaats terug bloederig gemaakt om een goede ingroei mogelijk te maken.  
• Afhankelijk van de grootte van de scheur dienen er één tot vijf ankers gebruikt te worden in één of twee rijen. 
• De constructie zorgt ervoor dat de pees met een zo groot mogelijk oppervlak terug op het bot wordt vastgemaakt. 
• Uiteraard wordt ook nog ruimte gemaakt voor de pezen, zodat deze in de toekomst niet meer kunnen inklemmen. Aan de onderzijde van het dak wordt een 3-tal millimeter bot weggefreesd. 

Tijdens de operatie kreeg je een bijkomende lokale verdoving als extra pijnstilling. Je arm zal hierdoor nog naslapen tot maximum 24 uur. Dit wil zeggen dat je geen gevoel zal hebben en geen mogelijkheid tot zelf bewegen. Je arm is als het ware verlamd. Geleidelijk aan na verstrijken van de uren zullen beide terugkomen. Door sommigen wordt dit als onaangenaam ervaren.

Onmiddellijk na de ingreep krijg je een draagverband of abductieverband dat vastgemaakt zit rond de buik en de hals. Dit verband moet je met het kussen vier tot vijf weken dragen en nadien zonder het kussen nog twee weken. Dit kan variëren volgens de ingreep, de chirurg zal dit met jou bespreken. Het draagverband moet je dag en nacht dragen.
 
Het kussen is vastgemaakt aan het verband met velcro. Dit kussen dient om de elleboog in een licht opwaartse positie te houden, zodat de gehechte pees ontlast wordt. 

Indien je één overnachting hebt, krijg je ter preventie van flebitis een inspuiting in de buik. ’s Anderdaags mag je het ziekenhuis verlaten. De meesten verlaten evenwel het ziekenhuis de vooravond zelf na de ingreep vermits ze opgenomen zijn via dag hospitalisatie.

Voor je ontslag krijg je hulp bij de verzorging en wordt het verband ververst. Om pijn te voorkomen, krijg je pijnstillers. 

Als voorbereiding op het ontslag schrijft de chirurg medicatie, kinesitherapie en eventueel thuisverpleging voor. Je krijgt ook alle nodige afspraken en documenten mee. De hechtingen mogen verwijderd worden door de huisarts na twee weken.  

Abductieverband

In bepaalde gevallen moet je gedurende vier tot vijf weken het verband met het kussen dragen. Hierna moet je het twee weken dragen zonder kussen. Dit verband moet je dag en nacht dragen.

Kinesitherapie

Drie dagen postoperatief

De chirurg bepaalt wanneer de kinesitherapie gestart wordt. Meestal is dit een drietal dagen na de operatie. 

Tijdens de periode met het verband mag je de schouder niet zelf bewegen. Indien je dit toch doet, breng je spanning op de juist ingehechte pees en bestaat de kans dat de hechtingen het begeven. Daarom zijn alleen passieve bewegingen toegelaten onder begeleiding van de kinesitherapeut. 

Het doel van de passieve bewegingen is de zwelling te verminderen en de beweeglijkheid in alle richtingen te herwinnen. Dit kan in het begin thuis of bij de kinesist gebeuren, afhankelijk of je over vervoer beschikt om je te verplaatsen. Het verband mag je alleen weglaten voor de oefeningen en voor de persoonlijke hygiëne (bad, douche). Hierbij moet je steeds de schouder stilhouden en mag je geen opwaartse bewegingen uitvoeren. 

Niet elke patiënt zal onmiddellijk postoperatief kinesitherapie krijgen. De chirurg brengt je hiervan op de hoogte. Soms wordt gestart met lichte bewegingen uit te voeren zonder enige pijn en dit pas na vier dagen. Dit is ook terug afhankelijk van de ingreep en is te bespreken met de chirurg.

Na zes weken immobilisatie

Na zes weken immobilisatie mag je het verband uitlaten en de arm terug bewegen en gebruiken voor de alledaagse activiteiten, uitgezonderd trekken, heffen, sleuren. 

Je dient nu ook aan de kinesist oefeningen te vragen om thuis verder te oefenen. Hoe meer beweeglijkheidsoefeningen je uitvoert, hoe sneller je de soepelheid herwint. 

De kinesist of ziekenfonds kunnen je meer informatie verstrekken over eventuele terugbetalingen.

Bekijk onze tips en oefeningen voor thuis

Zoals bij iedere chirurgische ingreep zijn er ook complicaties mogelijk bij een hechting van de rotator cuff. 

De belangrijkste complicaties zijn:

• Reactie op de anesthesie/verdoving
  • Reacties die nog zelden voorkomen zijn zijn misselijkheid, hoofdpijn en braken.
  • Voor de operatie wordt een bijkomende lokale verdoving toegediend. Het kan zijn dat je hierdoor tijdelijk de arm niet meer kan bewegen. Dit ‘naslapen’ van de arm is normaal. 
• Onherstelbare pees
  • Tijdens de operatie kan de chirurg soms zien dat de pees onherstelbaar is. De pijn zal door de operatie wel verminderen maar er zal geen toename van de kracht zijn.
• Infectie
  • Bij elke operatie is er een beperkt risico op infectie. Bij het optreden van een infecte wordt antibiotica gegeven.
• Verstijving van de schouder
  • Om verstijving in de schouder te beperken, start je vrij snel met kinesitherapie. Ondanks die vroegtijdige start van correcte kinesitherapie stellen we bij een beperkt aantal personen toch verstijving van de schouder vast. 

De kans op complicaties bij een rotator cuff hechting is eerder beperkt.

Bij welke alarmtekens moet je de huisarts verwittigen?

• Bij ontstekingsverschijnselen ter hoogte van het operatiegebied. Deze verschijnselen bestaan uit pijn gecombineerd met roodheid, vochtafscheiding en/of koorts.
• Indien de schouder bij het oefenen steeds pijnlijker wordt en moeilijker beweegt.
• Bij zwelling van de hand gepaard gaand met pijn, stramheid van de vingers en klamheid.