Na de behandeling blijft er geen straling achter in je lichaam. Er is dus geen gevaar voor je kinderen, familie en vrienden.
De bestralingen zijn onzichtbaar, geurloos en volkomen pijnloos. Je kan het vergelijken met het maken van een röntgenfoto.
Vermoeidheid
Het is heel normaal dat je je tijdens de behandeling moe voelt. Vermoeidheid betekent zeker niet dat het slechter met je gaat. Al die klachten kunnen te wijten zijn aan het feit dat jouw lichaam extra energie verbruikt die nodig is voor je herstel.
Vermoeidheid treedt meestal op in de eerste week van de behandeling. 1 tot 2 uur na de bestraling kan je je heel moe voelen. De vermoeidheid zal 2 tot 4 weken na het einde van de behandeling geleidelijk verdwijnen.
Aanbevelingen:
- Zet zoveel mogelijk je gewone bezigheden verder, maar pas ze aan volgens je energie.
- Organiseer goed en vermijd extra inspanningen.
- Gebruik je energie alleen voor het werk dat echt noodzakelijk en/of belangrijk is. Kies uit wat je het meeste voldoening geeft.
- Las tijdens de dag rustperiodes in. Rust op de momenten waarop je meestal erg moe bent. Vermijd uitputting en zoek je eigen ritme.
- Vraag eventueel hulp aan familie, vrienden, instanties.
- Neem een gevarieerde voeding.
- Drink voldoende.
Misselijkheid, kokhalzen, braken
Een bestraling kan misselijkheid of braken veroorzaken indien het doelvolume zich in de buurt van de maag bevindt. De periode van misselijkheid en braken begint meestal 1 tot 2 uur na de bestraling en bereikt haar hoogtepunt 12 uur na de bestraling. Op de dagen dat je niet wordt bestraald, zal je je gewoonlijk beter voelen.
Aanbevelingen met betrekking tot voeding in geval van misselijkheid:
- Vermijd sterk geurend eten.
- Beperk je tot droge voeding (toast, beschuit).
- Neem magere voeding (mager vlees, melk, yoghurt…).
- Kies voor koude gerechten.
- Drink tot 1.5 à 2 liter per dag.
- Plan je maaltijden volgens je misselijkheid. Dwing jezelf niet om te eten
- Neem eventueel een klein ontbijt op bed voorafgaand aan de behandeling.
- Rust enkele uren uit en eet liever niet als je je na de behandeling misselijk voelt. Probeer vervolgens kleine slokjes te drinken, daarna kan je iets eten.
- Gebruik vaak kleine, licht verteerbare maaltijden die rijk zijn aan calorieën en eiwitten.
- Een lichte maaltijd ’s avonds bevordert het inslapen.
- Laat iemand anders voor jou koken als het enigszins mogelijk is. Vermijd zelf zoveel mogelijk alle etensluchtjes.
- Eet langzaam. Kauw het eten goed, zodat het beter verteert.
- Drink rustig. Als je te gulzig drinkt, slik je te veel lucht in. Daardoor kan de misselijkheid toenemen.
- Rust na elke maaltijd, bij voorkeur in een halfzittende houding (je hoofd hoger dan je voeten).
Algemene aanbevelingen:
- Neem strikt je geneesmiddelen tegen misselijkheid en braken, zoals voorgeschreven door de dokter.
- Neem opnieuw de gewoonten op die je helpen bij het verminderen van braken en misselijkheid bij vroegere ervaringen (bv. ziekte, stress, zwangerschap).
- Zorg voor voldoende afleiding (hobby’s, lezen, muziek, radio, tv).
- Doe eventueel relaxatieoefeningen (onder begeleiding).
- Als je misselijk bent of moet braken (deze tips kunnen misselijkheid onderdrukken):
- Adem langzaam met open mond
- Zuig op ijsblokje
- Durf over je ziekte en je behandeling praten.
- Controleer je gewicht.
Huidirritatie
Dit komt in mindere mate voor aangezien bij stereotactische bestraling vaak een boogbestraling gebruikt wordt. De verpleegkundigen houden dat ook in de gaten. Indien er toch klachten zijn rond huidirritatie kan je altijd terecht bij de verpleegkundigen.
Leverfunctiestoornissen
Dit kan heel soms op lange termijn optreden.
Raadpleeg je arts of verpleegkundige:
- als je uitgesproken moe bent;
- als je dagelijkse activiteiten niet meer kan uitvoeren;
- als je kortademig bent;
- als je je duizelig voelt;
- als je hartkloppingen en evenwichtsstoornissen hebt.
Voel je je minder goed? Heb je het gevoel dat er iets aan de hand is? Aarzel dan zeker niet om het te melden. Het team op de afdeling kan je hier zeker bij helpen.