Kankercentrum: radiotherapie

Voor je behandeling moet je nooit nuchter zijn. Alleen bij het voorbereidend onderzoek (SIM-CT) word je op voorhand meegedeeld of je nuchter moet zijn of niet. Je behandelende arts heeft je hierbij de nodige informatie.

Dat hangt af van het gedeelte van je lichaam dat behandeld wordt. Het is mogelijk dat je een speciale zalf of crème geadviseerd zal worden. Meer advies kan je altijd inwinnen bij je behandelende arts.

Je voeding dient best veelzijdig en evenwichtig te zijn. In sommige gevallen kan men vragen om je eetgewoonten aan te passen. Je radiotherapeut-oncoloog geeft je hierbij verder advies.

Medicatie, voorgeschreven door je behandelende geneesheer of specialist, hoeft niet onderbroken te worden. In geval er problemen zijn, zal je radiotherapeut-oncoloog een gepaste beslissing nemen.

Indien je niet vermoeid bent, kan je je werkzaamheden voortzetten aangezien een sessie maar een kwartier per dag duurt. Je werkgever kan eventueel je uurrooster aanpassen. Wettelijk heb je wel degelijk recht op volledige werkonbekwaamheid.

Dit is in principe niet wenselijk en kan slecht mits het akkoord van je radiotherapeut.

Van de bestraling zelf voel je niets. Dit is volledig pijnvrij. Je bent niet radioactief tijdens en/of na de bestraling. De ioniserende stralen worden bijgevolg niet opgeslagen in het lichaam.

Zoals bij elke behandeling, kan radiotherapie ongewenste neveneffecten met zich meebrengen.  Ze verschillen aanzienlijk van de ene patiënt tot de andere.  Ze hangen af van de dosis toegediende stralen, de plaats van de behandeling en de reactie van je lichaam. Vele patiënten ondervinden weinig of geen ongewenste neveneffecten. De behandeling van deze nevenwerkingen zal vanzelfsprekend aangepast worden aan je eigen klachten of problemen.

Indien nodig, zal de behandelende arts je informatie geven over de precieze reacties die in uw situatie kunnen voorkomen. Hij zal de behandeling voorstellen die meest geschikt is.

Het aantal sessies dat je zal voorgeschreven worden varieert van ziekte tot ziekte en weerspiegelt op geen enkele wijze de ernst van je aandoening. Gezien elke patiënt uniek is, volgt er telkens een aangepaste behandeling. Afhankelijk van de indicatie en de computerplanning wordt het toestel gekozen. De behandelingsduur varieert tussen de 1 à 7 weken.