Soms wordt een uitstrijkje niet als ‘volledig normaal’ beoordeeld. Dat wil echter niet zeggen dat er iets ernstig aan de hand is. In de meeste gevallen is er een eenvoudige infectie die vanzelf weer verdwijnt. Een afwijkend resultaat betekent dat er in je uitstrijkje enkele afwijkende baarmoederhalscellen werden aangetroffen. Meestal zijn dit milde veranderingen en wil dit niet zeggen dat je kanker hebt. Het is echter een waarschuwingsteken dat zorgvuldige vervolgcontroles nodig zijn.
Soms worden afwijkende of atypische plaveiselcellen aangetroffen waarvan men niet duidelijk de betekenis kan definiëren (ASC-US, ASC-H…). Het uitstrijkje wordt dan na drie tot zes maanden herhaald.
Welke types afwijkingen zijn er?
- Laaggradige afwijking of CIN1
Bij CIN1 of laaggradige afwijking is het baarmoederhalsweefsel licht afwijkend en is de kans op een hooggradige afwijking of kanker laag. Een behandeling is niet nodig, maar opvolging is wel belangrijk.
- Middelgradige afwijking of CIN2
Bij CIN2 of middelgradige afwijking zijn de afwijkingen in het baarmoederhalsweefsel duidelijker, maar is het nog steeds mogelijk om spontaan te genezen. Afhankelijk van je leeftijd en voorgeschiedenis overlegt de arts met jou of een bijkomende behandeling aangewezen is.
- Hooggradige afwijking of CIN3
Bij CIN3 of hooggradige afwijking bevat de volledige cellaag van het baarmoederhalsweefsel afwijkende of ‘dysplastische cellen’.
Met het klassieke uitstrijkje (PAP-smear) kan men alleen de aanwezigheid van abnormale cellen in de baarmoederhals opsporen. Bij bepaalde afwijkingen wordt er ook nog een test gedaan om een HPV-infectie op te sporen.
Wat gebeurt er bij een afwijkend uitstrijkje?
Bij een afwijkend resultaat nodigt je arts je uit voor:
- een controle-uitstrijkje na enkele maanden.
- of een aanvullend onderzoek, namelijk een colposcopie en/of een biopsie van de baarmoederhals (afhankelijk van de resultaten van het uitstrijkje en het colposcopisch beeld).
Met deze onderzoeken kan de arts vaststellen of er veranderingen in de cellen zijn opgetreden en van welk type afwijking er sprake is.
Hoe worden afwijkende cellen behandeld?
Bij middel- en hooggradige afwijking is een kleine ingreep nodig via het dagziekenhuis. Dan wordt het deeltje (conus) van de baarmoederhals weggenomen waar de afwijkende cellen zich bevinden.